Genieten in Seefeld

Langlaufend of lopend langs een beek. Op stenen in het water ligt sneeuw, ook op de dennentakken ligt een laagje. In de verte de besneeuwde toppen. Dat is het ultieme wintersportgevoel.

We hebben voor Seefeld gekozen, het wandel- en langlaufparadijs van Oostenrijk. Het gebied noemt zich Olympiaregion Seefeld. Welk Oostenrijks dorp kan zeggen dat ze twee maal de Olympische winterspelen georganiseerd hebben? Ook al is het een tijd geleden: 1964 en 1976, we kunnen nog steeds van de goede infrastructuur gebruik maken. Welk dorp krijgt voor twee onderdelen, het wandelen en langlaufen, de hoogste onderscheiding?

Tot Olympiaregion Seefeld behoren ook de dorpen Scharnitz, Leutasch en Mösern. Mooie wandelpaden en loipes verbinden deze dorpen met elkaar.

Winterwandelen: 5 sterren
Vele wandelpaden lopen parallel aan de loipes. We zullen uit 142 km geruimde en aangegeven paden moeten kiezen. Sla het Möserer en Gaisdal niet over.
Elke dag worden de paden bijgehouden! We lopen in een rustig tempo en er is voldoende tijd om te pauzeren, liefst in een Almhütte.

Een dag met sneeuwschoenen op pad gaan is een geweldige ervaring: je komt op plaatsen, waar in de winter niemand komen kan.

Wandelsuggesties:

Seefeld over Wildmoosalm en Wildmoos naar Mösern, 4 uur
Rondwandeling om de Gschwandtkopf, 3½ uur

Bij sommige wandelingen is het mogelijk onderweg de bus naar het hotel te nemen, als je deze dag niet zoveel wilt lopen.

 Langlaufen: 5 sterren

Met 152 km loipe is Seefeld hét langlaufparadijs van Oostenrijk.  Neem de Lehnerwieseloipe, die weer in verbinding met de Aulandloipe staat en deze komt uit bij het bekende witte kerkje, waar de Mösernloipe begint. Drie gemakkelijke loipes. Daarna ben je vast aan een moeilijker toe: de Staffelloipe met een geweldige afdaling.

Skiën: 3 sterren
Op de Rosshütte en Gschwandtkopf wordt geskied. De laatste piste wordt gebruikt door mensen die rustig willen skiën op een grote en overzichtelijke piste.

 Gasthof Batzenhäusl

Gasthof Batzenhäusl is een gezellig familiehotel met Tiroler charme en een goede keuken. De kok gebruikt zoveel mogelijk lokale producten. Het hotel ligt midden in het dorp en dicht bij de loipes en wandelroutes.

Elke avond overleggen we, wat we de volgende dag gaan doen. De reisleiding gaat met de wandelaars mee.

We gaan met de dagtrein en hebben onderweg voldoende tijd op over te stappen.

Lopend langs de beek met in het water stenen met een laagje “poedersuiker” Zie je het voor je?